• Gepubliceerd door
  • Vrouw tot Vrouw
  • Gepubliceerd op
  • 1 april 2022

Bijbeltijd april – Telling the story to His Glory

Door: Wies Verweij

‘Zending is nodig omdat, en daar waar, de aanbidding ontbreekt’

Week 1: ‘Zending opdat...’

Zending opdat…

‘Zending is nodig waar de aanbidding ontbreekt’, schreef John Piper. Misschien wel de meest kernachtige omschrijving van wat zending is en waartoe het dient: de glorie van God. Het doel van zending begint bij het doel van de mensheid op aarde, het doel van ons bestaan. Alles draait om de aanbidding van God: daarin is het hoogste doel van het leven gelegen. Niet ons geluk of welzijn, zelfs niet onze zaligheid is het doel. Ook niet de kerk, maar Gods glorie is onze bestemming. Daartoe zijn we geschapen. Dat te weten geeft richting bij onze beslissingen, betekenis aan ons zijn en doen. Dat te beseffen kan vreugde geven in moeilijke tijden, en houvast in onzekerheid. Wat er ook gebeurt in ons leven, de roeping om Hem door alles heen te aanbidden blijft. Aanbidding in ons spreken en zingen, in doen en zijn. Aanbidding is niet alleen zingen, worship, op geestelijke hoogten staan. Aanbidding is ook Zijn beeld dragen in ons dagelijks doen en laten, gehoorzaamheid, Hem erkennen als Schepper en God, op Hem steunen als we het moeilijk hebben, het tonen van dankbaarheid als we het goed hebben.

In het besef dat alles uiteindelijk gaat om de aanbidding van God ligt ook, als het goed is, de diepste motivatie voor zendelingen om uit te gaan, maar ook de roeping voor de gemeente om zendende gemeente te zijn. Daaruit komt de opdracht voort om te bidden om arbeiders in de wijngaard. Er zijn nog zoveel mensen die God niet aanbidden, er zijn nog zoveel volken die God niet kennen, waar geen gemeenten zijn. Dat betekent dat God nog niet aan Zijn eer komt terwijl Hij aanbeden moet worden. Dat betekent dat zoveel mensen en zoveel volken nog niet tot hun bestemming zijn gekomen. Dat zou ons hart moeten raken. Het zou ons pijn moeten doen om te zien hoe de aanbidding in Nederland steeds minder gehoord en verdragen wordt. Het zou ons persoonlijk, maar ook als gemeenten, moeten aanklagen dat nog zoveel volken niet bereikt zijn. Het zou onze handen in beweging moeten brengen, namelijk om ze te vouwen en om te bidden om arbeiders om uit te zenden. Omdat wij leven in het besef dat alles gaat om de aanbidding van God, zouden we niet onbewogen kunnen blijven bij het feit dat de aanbidding ontbreekt.

(Aanbevolen boek: ‘Let the nations be glad’ – John Piper)

Datum: Vrijdag 1 april

LEZEN: Genesis 1 

VRAGEN:
God schiep ons naar Zijn beeld. Hij wilde Zichzelf in de mens weerspiegeld zien.
– Waarin zou jij willen groeien of gesnoeid worden om meer Zijn beeld te kunnen weerspiegelen? 

GEBED:
Dank U, Heere,  dat  U de mens geschapen hebt naar Uw beeld en dat U ons die hoge roeping gegeven hebt om Uw beeld te weerspiegelen. Dank U voor al die mensen om ons heen in wie we iets van U zien. Help ons om zo naar anderen te kijken, om hen als mensen naar Uw beeld geschapen te zien.
Help ons, Heere, om zelf ook meer en meer op U te gaan lijken. 

LIED: Psalm 8: 1, 4, 5, 9
1. HEER, onze Heer, grootmachtig Opperwezen!
Hoe wordt Uw naam op aard’ alom geprezen!
Gij, die den glans van Uwe majesteit
Hebt boven lucht en heem’len uitgebreid.

4. Mijn God, wat is de mens dan op deez’ aarde!
De broze mens, hoe klimt hij tot die waarde,
Dat Gij aan hem in zoveel gunst gedenkt;
En ‘s mensen zoon Uw teêrste liefde schenkt!

5. Gij deedt hem wel, een weinig tijds, beneden
Het eng’lenheir een rang en plaats bekleden;
Maar hebt hem ook Uw rijkste gunst betoond,
En hem met eer en heerlijkheid gekroond.

9. HEER, onze Heer, grootmachtig Opperwezen!
Hoe billijk wordt Uw grote naam geprezen;
Hoe heerlijk rolt, uit aller vromen mond,
Die grote naam door ‘t ganse wereldrond!

Datum: Zaterdag 2 april

LEZEN: Efeze 1:3-14

VRAGEN:
‘Hij heeft ons voorbestemd … , tot lof van de heerlijkheid van Zijn genade’ (vs. 5,6), ‘… opdat wij tot lof van Zijn heerlijkheid zouden zijn …’ (vs. 12). Het doel van alles, van onze bestemming is tot lof van Zijn heerlijkheid! Zijn heerlijkheid, Zijn eer, daar gaat het om. 
– In welke mate ben jij in je gebedsleven, je denken en doen gericht op a) je eigen (dagelijkse) zorgen, b) je eigen zaligheid, c) Zijn eer? 
– Welk verschil zou het maken in je gebedsleven, je denken en je doen als je alle dingen ziet vanuit het perspectief van Gods eer?

GEBED:
Heere, dank U wel, dat onze zaligheid niet gelegen is in ons geloof of onze werken, maar in Uw welbehagen!
Heere, leer mij meer en meer alle dingen te zien vanuit Uw heerlijkheid en Uw eer. 

LIED: Weerklank: Psalm 108: 1 en 2

Datum: Zondag 3 april

LEZEN: Genesis 12:1-4

VRAGEN:
God roept Abram om weg te gaan uit zijn land naar een land dat God hem zal wijzen. God zegt daarbij: ‘… in u zullen alle geslachten van de aardbodem gezegend worden.’
– Wat doet het met jou dat Abram die weg moest gaan naar een volslagen onbekend land met het doel dat alle geslachten (dus ook wij) in hem gezegend zouden worden?
– Waartoe heeft God jou geroepen om daarmee anderen te zegenen?

GEBED:
Heere, dank U wel,  dat U Abram riep om in hem alle geslachten te zegenen. Dank U wel dat U vanaf het begin alle volken op het oog had. Help mij om steeds meer de rijkdom en de diepte daarvan te zien en beseffen.
Gebruik ook mij om door mij heen anderen te zegenen. Leer mij zien op welke manier U mij roept om anderen tot zegen te zijn en om daarin met vreugde gehoorzaam te zijn.

LIED: Weerklank lied 264 – Ik wil jou van harte dienen

Datum: Maandag 4 april

LEZEN: Romeinen 4:15-25

VRAGEN:
In Genesis lezen we van de gevolgen van de zondeval voor alle volken. Gods reactie is exclusief en specifiek (de roeping van Abram en Zijn volk Israël) om Zijn inclusief en universeel doel te bereiken, namelijk de zegening van alle volken. Vanaf het begin zijn Gods kinderen het voornaamste instrument dat God gebruikt om zending te bedrijven.
– Welke mensen heeft God gebruikt om jou tot zegen te zijn, en meer van Hem te leren zien? Heb je ooit daarvoor God gedankt? Heb je dat ooit aan die mensen laten weten?

GEBED:
Heere, dank U dat U mensen gebruikt om mij meer van U te leren zien. Help mij om dat te onderscheiden en beseffen. Help mij om te willen leren van, en mij te laten zegenen door anderen.
Leer mij te zien op welke concrete manier U mij ten zegen wil laten zijn voor anderen, en help mij om mijzelf daar steeds meer voor te laten gebruiken.

LIED: Joh. De  Heer 810: ‘k Heb gehoord van een land aan een ver verwijderd strand

Datum: Dinsdag 5 april

LEZEN: Exodus 19:1-6 en Deuteronomium 4:5-8

VRAGEN:
God geeft Zijn volk geboden om hen te beschermen, en eist gehoorzaamheid aan die geboden met het oog op de volken. Hij wil dat Zijn volk door gehoorzaamheid iets van Zijn identiteit laten zien aan de volken, een koninkrijk van priesters (bemiddelaars tussen God en de volken) zouden zijn, en een heilige natie (toegewijd aan en afgezonderd voor Hem) zou zijn.
– In hoeverre heb je ooit gehoorzaamheid aan Gods geboden gezien als middel om mensen om je heen te laten zien wie God is?
– Heb je ooit het erkennen van en houden aan Gods geboden uitgelegd aan anderen vanuit het perspectief van Gods wezen en eer?

GEBED:
Heere, dank U wel voor Uw geboden die zo duidelijk laten zien wie en hoe U bent.
Leer mij meer en meer Uw geboden zo te zien en niet als een last of beperking. Leer mij steeds meer heilig te leven om daarmee een getuigen te zijn van wie U bent. Help mij om Uw geboden zo uit te leggen naar anderen en daarmee Uw eer groot te maken, in plaats van mensen het gevoel te geven dat ze een last opgelegd krijgen.

LIED: Psalm 19: 4, 5, 6 en 7
4. Des HEEREN wet nochtans
Verspreidt volmaakter glans,
Dewijl zij ‘t hart bekeert.
‘t Is Gods getuigenis,
Dat eeuwig zeker is,
En slechten wijsheid leert.
Wat Gods bevel ons zegt,
Vertoont ons ‘t heiligst recht,
En kan geen kwaad gedogen.
Zijn wil, die ‘t hart verheugt,
Eist zuiverheid en deugd,
Verlicht de duist’re ogen.

5. Des HEEREN vrees is rein;
Zij opent een fontein
Van heil, dat nooit vergaat.
Zijn dierb’re leer verspreidt
Een straal van billijkheid,
Daar z’ all’ onwaarheid haat.
Z’ is ‘t mensdom meerder waard,
Dan ‘t fijnste goud op aard’;
Niets kan haar glans verdoven;
Zij streeft in heilzaam zoet,
Tot streling van ‘t gemoed,
Den honig ver te boven.

6. Dus krijg ik van mijn plicht,
O God een klaar bericht.
Wat is ‘t vooruitzicht schoon!
Hij, die op U vertrouwt,
Uw wetten onderhoudt,
Vindt daarin groten loon.
Maar, HEER, wie is de man,
Die op ‘t nauwkeurigst kan
Zijn dwalingen doorgronden?
O bron van ‘t hoogste goed,
Was, reinig mijn gemoed
Van mijn verborgen zonden.

7. Weerhoud, o HEER, Uw knecht,
Dat hij zijn hart niet hecht,
Aan dwaze hovaardij.
Heerst die in mij niet meer,
Dan leef ik tot Uw eer,
Van grote zonden vrij.
Laat U mijn tong en mond,
En ‘s harten diepsten grond,
Toch welbehaaglijk wezen.
O HEER, die mij verblijdt,
Mijn rots en losser zijt,
Dan heb ik niets te vrezen.

Datum: Woensdag 6 april

LEZEN: 1 Koningen 8:54-61

VRAGEN:
Salomo zegent het volk, bid dat God met hen zal zijn en het volk zijn geboden in acht zal nemen opdat alle volken van de aarde weten dat de Heere God is, en niemand anders (vs. 60).
Vanaf het begin had God door de hele geschiedenis met Zijn volk heen de volken op het oog.
– Heb jij zo Gods hart voor de volken, alle volken, door de hele Bijbel leren zien?
– Denk jij/zie jij dat Gods weg met Zijn volk Israël nog altijd dient om tot Zijn bestemming voor deze wereld, de volken, te komen? Waaraan zie je dat?
– Zie jij dat God de weg die Hij met jou gaat gebruikt om tot Zijn bestemming met mensen om jou heen te komen? En zo ja, waaraan zie je dat?

GEBED:
Heere God, dank U wel, dat U Uw volk Israël riep om Uw hart voor de volken te laten zien, en dat U Uw weg met Israël nog altijd gaat om tot Uw bestemming van deze wereld te komen.
Help mij om meer en meer te onderscheiden hoe U de geschiedenis leidt, ook in het hier en nu.
Laat mij steeds meer, ook in het concrete dagelijks leven, zien dat Uw weg met mij ook een middel is om te komen tot Uw bestemming van mensen om mij heen.

LIED: Weerklank lied 267: 1, 2 en 3

Datum: Donderdag 7 april

LEZEN: 1 Kronieken 16:23-29

VRAGEN:
David looft God uit dankbaarheid omdat de ark weer in Jeruzalem teruggebracht is. David roept heel de aarde op om voor de Heere te zingen. Om onder de heidenvolken Zijn eer te vertellen.
– In hoeverre heb jij de volken op het oog als je dankbaar bent, wanneer en op welke manier heb jij jouw omgeving betrokken toen God aan jou een grote gunst had bewezen?
– Hoe kun jij jouw dankbaarheid aan God gebruiken om te proclameren en verkondigen dat God groot en zeer te prijzen is?
– Heb jij al wel eens je eigen psalm voor God geschreven? Zou je dat eens willen doen?

GEBED:
Machtige God, Schepper en Hemelse Vader, dank U wel dat U psalmen in de Bijbel gegeven hebt, berijmd en niet berijmd, die ons woorden geven om na te zeggen of te zingen.
Dank U wel dat U mij uit het heidendom getrokken hebt, en mij onder de heidenen geplaatst hebt om te bezingen dat U groot bent en ontzagwekkend.
Leer mij Uw Naam te bezingen, om het zichtbaar en hoorbaar te maken onder de heidenen dat Uw majesteit en glorie voor Uw aangezicht zijn. Laat mijn leven meer en meer een dankoffer en een danklied zijn opdat de mensen om mij heen gaan zien dat macht en glorie in Uw plaats zijn.

LIED: Weerklank Psalm 98

Week 2: ‘Zending omdat …’

Zending omdat … 

Jezus ons daartoe het bevel heeft gegeven. Zending is allereerst een zaak van gehoorzaamheid voor een gemeente van Jezus Christus. En bij dat bevel heeft de Heere Jezus alle volken op het oog als Hij Zijn discipelen de grote opdracht geeft. Hij gebiedt hen om heen te gaan en al de volken te onderwijzen, hen dopend en lerend alles wat Hij hen geboden had in acht te nemen (Matth. 28:19). 

‘De grote opdracht is niet een optie om te overwegen, het is een opdracht die gehoorzaamd dient te worden’, zei Hudson Taylor. En hij ging, en mobiliseerde velen om met hem mee te gaan, naar de binnenlanden van China. Als wij de Heere Jezus willen volgen moeten we Zijn geboden navolgen.  

Zending omdat God niet wil dat er iemand verloren gaat, maar dat allen tot bekering komen. God wil dat alle mensen behouden worden. Alzo lief heeft Hij de wereld gehad dat Hij Zijn enig geboren Zoon gegeven heeft (Joh. 3:16)! Hij heeft de wereld lief, Zijn liefde gaat uit naar alle volken. Als wij in Hem zijn en Hij in ons, hoe zouden wij er dan met Hem niet naar kunnen verlangen dat alle mensen zalig worden? Als wij Zijn beeld dragen en ons steeds meer naar dat beeld moeten laten vormen, hoe zouden we er dan niet alles voor over hebben om Zijn Naam bekend te maken onder de volken? Terwijl Hij alles, zelfs Zijn eigen Zoon, ervoor gegeven heeft? 

Zending ook omdat wij de vrees voor de Heere kennen; daarom zouden wij mensen moeten bewegen tot geloof, in navolging van Paulus (2 Kor. 5:11). Hoe zou het ons onverschillig kunnen laten dat mensen verloren dreigen te gaan zonder Jezus? 

(Aanbevolen boek: ‘De man die God geloofde’ – James Hudson Taylor) 

Datum: Vrijdag 8 april

LEZEN: Lukas 10:1-9 

VRAGEN: De eerste opdracht omtrent zending die de Heere Jezus geeft is om te bidden tot de Heere van de oogst dat Hij arbeiders in Zijn oogst uitzendt.  

– Hoe ernstig neem je dit gebod, en hoe vaak bid jij om arbeiders die vanuit jouw gemeente gezonden kunnen worden? 

– Hoe wil je aan dit gebod vanaf nu gestalte gaan geven? 

GEBED: Dank U, Heere, dat U de grote Zender bent, dat U zo bewogen bent met de onbereikte volken dat U Uw gemeenten de opdracht geeft om te bidden om arbeiders. Vergeef ons als wij persoonlijk, en wij als gemeenten, dit gebod en dit gebed verwaarloosd hebben.  

Help ons om het grote belang van dit gebed te leren zien. Help ons om dit gebed als gebedslast met ons mee te dragen vanwege de grote nood van de mensen en volken die U nog niet kennen. 

Heere, roep mensen uit onze gemeenten om te worden gezonden naar hen die U niet kennen, geef dat onze gemeenten oprecht (gaan) verlangen om zendende gemeente te mogen zijn. 

LIED:

Datum: Zaterdag 9 april

LEZEN: Jesaja 49:6, Handelingen 1:8 

VRAGEN: Hoe ben jij een Licht voor de heidenvolken, voor mensen die God niet kennen? Hoe ben jij Zijn heil voor mensen om je heen? Hoe zou je daarin kunnen groeien, wat weerhoudt je eventueel om dat te zijn? 

GEBED: Heere, U die het Licht van de wereld bent, dank U dat U Uw volk tot een licht hebt gesteld. Dank U dat U Uw kinderen tot heil hebt gemaakt voor de volken tot aan het einde van de aarde. Dank U dat U ook mij geroepen hebt om een Licht te zijn, dat U ook mij tot heil gesteld hebt. Help mij om te zien hoe ik dat kan zijn. Help mij om daarin te groeien, laat mij zien voor wie ik vandaag een licht mag zijn. 

LIED:  Opwekking 346 – Maak ons tot een stralend licht

Datum: Zondag 10 april

LEZEN: 2 Korinthe 5:10-21 

VRAGEN:
– In hoeverre beweegt het besef dat wij allen voor de rechterstoel van Christus moeten verschijnen jou om naar anderen toe te getuigen van Hem voor Wie wij allemaal eens moeten verschijnen?
– Hoe geef jij gestalte aan de bediening van de verzoening? Hoe zou je dat wel willen doen?
– Met wie in jouw omgeving heb je ooit over je geloof gesproken? 

GEBED:
Heere, dank U dat U mij wilt gebruiken als Uw gezant! Laat mij zien voor wie ik vandaag een gezant mag zijn, en hoe ik dat kan doen. Vul mij met Uw liefde, zodat Uw liefde mij dringt, en ik niet meer voor mijzelf leef maar voor U.  

LIED: Weerklank lied 269 – Roept uit aan alle stranden 

Datum: Maandag 11 april

LEZEN: Handelingen 10:34-36 

VRAGEN:
– Hoe kijk jij naar andere mensen: zie je hen als door God geschapen en gewild? Zie jij je broeders en zusters in Christus als door God gebruikt? Zoek je ernaar om te zien hoe God hen gebruikt en heb je daar respect voor, ook als die persoon je niet ligt?
– Benader jij mensen wel eens op de manier waarop je dat doet om de persoon? En zo ja, met wie en wanneer en hoe heb je dat gedaan? 

GEBED:
Dank U, Hemelse Vader, dat U mensen niet aanneemt om de persoon, maar vanwege het werk van Jezus Christus. Dank U dat U in ieder volk mensen die U vrezen welgevallig bent, ongeacht de persoon. Help mij om mensen zo te zien, en ook niet om de persoon. Vergeef mij als ik mensen (noem evt. namen) heb benaderd zoals ik hen heb benaderd om de persoon. Dank U dat U vrede verkondigt door Jezus Christus. 

LIED: Weerklank lied 27 – Hoe lief’lijk, hoe schoon zijn de schreden 

Datum: Dinsdag 12 april

LEZEN: 1 Johannes 1:8 – 2:2 

VRAGEN:
Zending omdat Hij niet alleen een verzoening is voor onze zonden maar ook voor de zonden van de hele wereld!
– Wij hebben een Voorspraak; in hoeverre is de Heere Jezus een Voorspraak voor jou en in hoeverre is Hij degene die jouw problemen op moet lossen en uitzicht op de Hemel geeft?
In hoeverre gaat het je om de Gever in de eerste plaats en niet om de gaven?
– Gun je het ook anderen te weten van die Voorspraak?
– In hoeverre verlang je ernaar en reik je ernaar uit om naar Zijn beeld een voorbidder voor anderen te zijn? 

GEBED:
Heere Jezus, Voorspraak bij de Vader voor al degenen die tot U komen, dank U dat U onze Voorspraak wilt zijn! Dank U dat U de weg hebt bereid, de kloof geslecht hebt naar de Vader. Dank U dat Uw sterven genoeg is voor de zonde van de hele wereld! Help mij om U altijd eerst te eren om wie U bent, help mij om U lief te hebben boven de gaven die U geeft.
Help mij om die Voorspraak ook aan anderen te gunnen.
Help mij om hierin Uw gestalte aan te nemen en een voorspraak en voorbidder te zijn voor mensen om mij heen. 

LIED: Weerklank Psalm 96: 1, 2, 6, 7 en 8

Datum: Woensdag 13 april

LEZEN: Romeinen 1:1-7 

VRAGEN:
Door Hem hebben wij genade en het apostelschap ontvangen tot geloofsgehoorzaamheid onder alle volken, ter wille van Zijn Naam, waartoe ook u behoort, geroepenen van Jezus Christus.
– Heb jij ook het apostelschap ontvangen? Wat heb je daarmee gedaan? In hoeverre heeft geloofsgehoorzaamheid voor jou ook te maken met het opnemen van apostelschap?
– Hoe weet je dat God jou heeft geroepen op de plek waar je nu woont en werkt?
– Kan het dat iemand tot Hem is geroepen en tot geloof gekomen is, zonder ook het apostelschap ontvangen te hebben?
– Als dat niet kan, hoe kan het dan dat de zendingsopdracht in sommige gemeenten zo weinig aandacht krijgt? 

GEBED:
Dank U wel, Heere Jezus, dat ook wij het apostelschap gekregen hebben. Vergeef mij als dat te weinig gestalte heeft gekregen in mijn leven. Vergeef onze gemeente als er binnen onze gemeente te weinig besef is van deze roeping. Help mij om me bewust te zijn dat geroepen zijn ook betekent apostelschap ontvangen te hebben. Help mij om dit gestalte te geven in mijn leven op de plaats waar U mij geroepen hebt. Laat onze gemeente groeien in besef van apostelschap en geef visie aan onze kerkenraad hoe dat gestalte kan krijgen in en vanuit onze gemeente. 

LIED: Weerklank Psalm 67

Datum: Donderdag 14 april

LEZEN: Mattheüs 28:16-20 

VRAGEN:
De grote opdracht is nog steeds niet vervuld. 
– Wat doet het jou dat nog lang niet alle volken zijn bereikt met het Evangelie?
– Op welke manier kun jij deel zijn of worden van deze grote opdracht?  

GEBED:
Hemelse Vader, U Die roept en zendt, U danken wij dat U vanaf het begin alle volken op het oog hebt gehad. U danken wij dat U het Evangelie ook onder ons hebt laten klinken, dat we deel van Uw gemeente mochten worden.
Vergeef ons dat wij soms zo laks zijn om dit Evangelie te (laten) brengen bij de volken die nog niet bereikt zijn, terwijl het bij ons al zoveel eeuwen geleden gebracht is.
Help mij zien welk deel ik mag hebben in deze grote opdracht, wat mijn concrete opdracht hierin is. Help mij te zien wat onze gemeente hierin mag doen en welke bijdrage ik daarin mag hebben. 

LIED: Weerklank lied 45 – Hoor! Een woord van eeuwig leven 

Week 3: ‘Zending doordat ...’

Zending doordat … 

Kort gezegd, doordat mensen gehoorzaam waren en zijn aan de Bijbelse opdracht en zich lieten leiden door de Heilige Geest. Vanaf het begin had God de volken op het oog. Ook de roeping van Zijn eigen volk had tot doel om door Zijn weg met Israël verlossing te brengen aan al de volken. God eiste gehoorzaamheid van Zijn volk en door te leven naar Zijn bevelen zouden ze een getuige en een zegen zijn voor de volken om hen heen. Maar dat ging met veel gemopper en ongehoorzaamheid gepaard, God had er werk aan om Zijn volk op Zijn spoor te houden. Het Evangelie van kruis en opstanding is de wereld doorgegaan doordat mensen gehoor gaven aan hun roeping en zich lieten zenden. Maar ook dat ging niet vanzelf. Dat is met veel lijden en tegenwerking gepaard gegaan. Ook in ons land moest de eerste zendeling het met zijn leven bekopen. Maar doordat mensen gehoor gaven aan hun roeping en zich ons lot aantrokken en hun leven ervoor waagden, zijn wij als volk zo gezegend dat het Evangelie bij ons al eeuwen geleden binnenkwam. Doordat mensen nog steeds hun huis en haard verlaten en naar vreemde landen trekken, vreemde talen leren, gaat het Woord nog altijd voort. Doordat mensen hen steunen, bemoedigen, en voor hen bidden kunnen zij dat doen. Doordat God nog altijd roept en zendt gaat Zijn werk door. Maar hoe verdrietig is het te weten dat 2000 jaar nadat de Heere Jezus stierf en de dood overwon zoveel volken daar nog geen besef van hebben.  

Door onze roeping serieus te nemen, door onze verantwoordelijkheid te nemen, mogen wij een steentje bijdragen aan deze grote opdracht die van levensbelang is. Een verantwoordelijkheid en een voorrecht. Een gezonden gemeente is een zendende gemeente. Een gezonden Christen is een Christen die zich laat zenden of helpt zenden. Een gezegende en een zegenende opdracht. En wie zegent zal gezegend worden! 

(Aanbevolen boek: ‘Als het regent in de bergen’- Eileen Crossman) 

Datum: Vrijdag 15 april

LEZEN: Kolossenzen 4:2-6 

VRAGEN:
– Hoe vaak bid jij om geopende deuren en harten voor degenen die gezonden zijn vanuit jouw gemeente, of voor gezondenen die jij kent?
– Hoe bewust ben jij je ervan dat je met wijsheid moet leven bij hen die buiten zijn en hoe geef je daar gestalte aan?
– Kun je zelf voorbeelden geven hoe jij concreet de geschikte tijd hebt uitgebuit? 

GEBED:
Hemelse Vader, dank U dat U mensen zendt naar hen die nog buiten zijn om namens ons de blijde Boodschap te verkondigen door woord en daad. Geef hen (noem concreet de namen van de zendelingen die jij kent) geopende deuren en geopende harten zodat het zaad gestrooid kan worden en opkomt. Help mij de geschikte tijd uit te buiten om met wijsheid te leven tussen hen die buiten zijn. 

LIED: Psalm 22: 13, 14 en 16
13. Ik loof eerlang U in een grote schaar,
En, wat ik U beloofd’ In’t heetst gevaar,
Betaal ik, op het heilig dankaltaar,
Bij die U vrezen,
‘t Zachtmoedig volk zal rijk verzadigd wezen,
Ten dis geleid.
Wie God zoekt, zal Hem prijzen.
Zo leev’ Uw hart, door ‘s hemels gunstbewijzen,
In eeuwigheid!

14. Eerlang gedenkt hieraan het wereldrond;
Haast wendt het zich tot God met hart en mond;
En, waar men ooit de wildste volken vond,
Zal God ontvangen
Aanbidding, eer en dankb’re lofgezangen.
Want Hij regeert,
En zal Zijn almacht tonen;
Hij heerst, zover de blindste heid’nen wonen,
Tot Hem bekeerd.

16. Zij komen aan, door Godd’lijk licht geleid,
om ‘t nakroost, dat den HEER wordt toebereid,
te melden ‘t heil van Zijn gerechtigheid
en grote daden.

Weerklank lied 445 – Ik bouw op U

Datum: Zaterdag 16 april

LEZEN: Filippenzen 4:10-20 

VRAGEN:
De gemeente van Filippi gaf gul en trouw aan Paulus zodat hij zijn werk kon doen. Daarmee werden zij deel van zijn missie.
– Hoe trouw en gul geef jij aan het werk van zending, of ondersteun jij zendelingen?  
– Op welke manier bemoedig jij zendelingen die je kent?
– En in hoeverre voel jij je deel van en medeverantwoordelijk voor de missie van degene die je ondersteunt? 

GEBED:
Dank U, Heere God, dat U Uw kinderen deel maakt van die grote opdracht om Uw Woord te onderwijzen aan al de volken. Dat U de hele gemeente inzet, dat ieder op zijn eigen manier een schakel kan zijn om de zendingsopdracht gestalte te geven. Help mij te zien hoe ik daar deel van kan zijn. Geef mij een gul hart en laat mij weten hoeveel U wil dat ik geef. Help mij te zien hoe ik zendelingen kan bemoedigen. Geef dat degenen die vanuit ons gezonden zijn nooit tekort zullen komen. En help mij, evenals Paulus, tevreden te zijn in de omstandigheden waarin ik verkeer. 

LIED: Weerklank lied 267: 4, 5, 6 – Neem mijn leven

Datum: Zondag 17 april

LEZEN: 2 Timotheüs 4:6-8 

VRAGEN:
Paulus geeft aan dat hij als een plengoffer wordt uitgegoten. Hij heeft zijn leven toegewijd aan en gegeven voor de verspreiding van het Evangelie. Daardoor zijn velen tot geloof gekomen.
– Heb jij jezelf wel eens verdiept in de kerk- en zendingsgeschiedenis in ons land om je te verwonderen over hoe God ons land genadig is geweest?  Heb jij je er wel eens in verdiept wat anderen ervoor over hebben gehad om het Evangelie in Nederland te verspreiden? Om God daarvoor te danken? Zou je dat eens willen doen?
– Wat heb jij over voor de verspreiding van het Evangelie aan andere volken?
– Hoe zie je de goede strijd voor je? Strijd jij zelf ook die goede strijd? 

GEBED:
Almachtige God, dank U voor al diegenen die hun leven hebben toegewijd aan en gegeven, en dat nog doen, voor de verspreiding van het Evangelie. Dank U voor degene die in ons land zijn leven ervoor over had om Uw Woord hier te brengen! Help mij trouw te zijn in gebed voor hen die ergens in de wereld zijn vanwege hun zending, vooral voor hen die daarbij gevaar lopen. Help mij om mijn leven toe te wijden om anderen te vertellen over wie U bent! 

LIED: Psalm 57: 6, 7
6. Waak op, mijn eer, waakt op, mijn harp en luit;
Mijn zanglust streeft den dageraad vooruit;
‘k Zal onder al de volken, HEER, U prijzen;
Mijn psalmgezang zal, bij cimbaal en fluit,
Uw naam alom de plechtigst’ eer bewijzen.

7. Uw goedheid, HEER, is groot en hemelhoog;
Uw waarheid reikt tot aan den wolkenboog;
Verhef U dan ver boven ‘s hemels kringen;
Uw eer versprei’ haar luister in elks oog;
Laat ieder die door heel de wereld zingen.

Datum: Maandag 18 april

LEZEN: 2 Koningen 5:1-19 

VRAGEN:
Een klein meisje, ver van haar thuis, getuigt in alle kinderlijkheid van haar geloof in de kracht van haar God, daarbij degene die haar gevangen heeft genomen genezing gunnend van zijn ziekte!
– Heb jij wel eens iemand die jou kwaad heeft gedaan van harte Gods gunst of genade gegund? 

GEBED:
Heere, U die de zender bent, en degene Die roept, dank U dat U zelfs, of misschien juist, kinderen gebruikt om Uw Naam bekend te maken onder de volken. Help ook mij te getuigen waar mogelijk, om hen beterschap, gunst en genade te gunnen die mij tegenstaan of bezeerd hebben. Help mij om licht te brengen bij hen die aan Uw licht voorbij leven. Geef mij een open oog voor nood van mensen om mij heen om met de daad Uw beeld te dragen. 

LIED: Weerklank lied 255 – O, Jezus Christus, licht ze bij

Datum: Dinsdag 19 april

LEZEN: Johannes 4:25-30 / Markus 5:18-20 

VRAGEN:
De Samaritaanse vrouw gaat  spontaan haar eigen dorp in om te vertellen dat zij de Christus heeft ontmoet, en Jezus stuurt de genezen man in Gadara terug naar huis om alles te vertellen wat Hij aan hem gedaan had. 
– Wie heeft aan jou verteld over wat Jezus in zijn/haar leven gedaan heeft en jou daarmee bemoedigd? Heb je hem/haar dat wel eens verteld, ervoor bedankt?
– Hoe vaak heb jij al aan anderen verteld wat Jezus aan jou gedaan heeft?
– Aan wie heb je dat verteld en wat heb je verteld? 
– Aan wie zou je daar ook nog over willen vertellen?  

GEBED:
Dank U, Jezus, dat U ook mensen gebiedt om in hun eigen stad of dorp te vertellen over wat U gedaan hebt in hun leven. 
– Als anderen jou bemoedigd hebben door te vertellen wat Jezus in hun leven doet, dank de Heere daar dan voor.
– Als jij anderen mocht bemoedigen door te vertellen wat Jezus in jouw leven heeft gedaan, dank de Heere daar dan voor.
– Als jij meer vrijmoedigheid zou willen hebben om te getuigen over wat Jezus in jouw leven deed, vraag de Heere daar dan om.  

LIED: Weerklank lied 271 – Wie de Heiland liefheeft 

Datum: Woensdag 20 april

LEZEN: Handelingen 16:9-13 

VRAGEN: 
Paulus, Silas en Timotheüs zijn bereid om hun plannen bij te stellen als de Geest hen verhindert die uit te voeren, om zich door de Geest te laten leiden naar Europa. 
– Hoe vaak heb jij je er al eens over verwonderd, en ervoor gedankt, dat de Heilige Geest Paulus en degenen die met hem waren, zo gericht naar Europa te stuurde?
– Hoe vaak bid jij expliciet om de Heilige Geest voor de zendelingen die jij kent, en dat zij die stem ook zullen herkennen en verstaan?
– Hoe vaak bid jij om de leiding van  de Heilige Geest om te weten wie jij deze dag tot zegen  mag zijn,  en ook om erin te groeien die stem te verstaan?
– Voor welk specifiek land bid jij trouw en regelmatig? 

GEBED:
U, Hemelse Vader, danken wij dat U Uw gezondenen naar Europa stuurde om ook ons bekend te maken met wie U bent! Help ons om die gave nooit te verkwanselen, om zuinig te zijn op die schat die ons is toevertrouwd. Wij bidden dat U de vlam in Europa niet laat doven, maar brandend houdt.

LIED: Opwekking 704 – O, kerk sta op

Datum: Donderdag 21 april

LEZEN: Romeinen 10:14-15 

VRAGEN:
Wij ontvangen om door te geven. Hoe zullen zij in Hem geloven van Wie zij niet gehoord hebben? 
– Wie heeft aan jou de blijde Boodschap verteld? 
– Heb je God daar al voor gedankt, en heb je die persoon daar ook al voor bedankt?
– Aan wie heb jij dit Evangelie al doorgegeven? 
– Aan wie zou jij van Hem willen vertellen? 

GEBED:
Heere, dank U voor degene die mij over U heeft verteld en voor degene die mij in Uw Woord heeft onderwezen. Dank U dat U geeft om door te geven. Help mij om deze blijde boodschap door te geven door woord en daad. Ik bid U voor (…… naam), dat hij/zij U ook gaat leren kennen. Ik bid U om een  opening om te getuigen van wie U bent. 

Help mij om elke dag de schoenen van de bereidheid van het Evangelie aan te trekken en om mij te laten leiden waarheen U mij zendt. 

LIED:  Weerklank 263 – Hoe lieflijk zijn de voeten van de bode 

Week 4: ‘Zending totdat ...’

Zending totdat … 

Zending totdat de Heere Jezus terugkomt. Zending is geen doel, zending is een middel. Het doel van zending is de aanbidding. Zending is daar nodig waar de aanbidding ontbreekt. Het gaat niet om zending. Het gaat erom dat mensen de Heere Jezus leren kennen en gaan erkennen als hun Zaligmaker, hun Redder, hun Koning, opdat zij de Vader, de Zoon en de Heilige Geest gaan aanbidden. Zending zal ooit stoppen, maar de aanbidding blijft. Zending is niet van eeuwigheid, zending is er opdat mensen Hem zullen aanbidden tot in eeuwigheid. Als de Heere Jezus terugkomt en de nieuwe hemel en de nieuwe aarde gebouwd zullen worden, waar God alles in allen is, zal zending niet meer nodig zijn.

Maar voor het zover is, moet er nog wel iets gebeuren, de taak is nog niet af, de grote opdracht geldt nog onverminderd. Deze gaat door tot die grote dag. Want Jezus zal niet terugkomen voordat Hij alle verloren schapen heeft binnengebracht, voordat al die verloren schapen uit alle talen, volken en naties bijeengebracht zijn tot één kudde met één Herder. En op dit moment is nog 40% van de wereldbevolking, dat zijn 3 miljard mensen, verdeeld over 50 bevolkingsgroepen, niet bereikt. Op dit moment wordt maar 1% van alle giften en gelden die binnenkomen bij zendingsorganisaties besteed aan het bereiken van deze onbereikte bevolkingsgroepen. Het overgrote deel van het geld gaat naar het werk dat gedaan wordt in landen waar het Evangelie al bekend is, maar waar de lokale kerken ondersteuning nodig hebben. Er ligt dus nog een taak om juist naar deze onbereikte bevolkingsgroepen te zenden. Wij mogen verlangen naar Zijn wederkomst, wij mogen moed en hoop putten uit de wetenschap dat God eenmaal alles recht zal zetten en dat er een eind komt aan alle zonden en de gevolgen ervan. Maar nooit zonder de bewogenheid met hen die nog niet bereikt zijn met dit Evangelie, die deze hoop nog niet kennen. Tot die dag geldt de opdracht dat wij de hoop die wij hebben, delen met hen die Hem niet kennen. Hetzij mensen dichtbij, hetzij die ver weg leven. Hetzij door zelf te getuigen van de hoop die in ons is, uit te reiken naar hen die voor ons bereikbaar zijn, hetzij door de zending naar onbereikte volken te steunen en een warm biddend hart toe te dragen. Want die dag komt!

Datum: Vrijdag 22 april

LEZEN: Jesaja 2:1-5

VRAGEN:
Ooit zal het zijn in de laatste dagen dat de heidenvolken zullen toestromen.
– Geloof je ook echt in die dag, en kijk je ernaar uit?
– Wat betekent het voor jou concreet in je dagelijks leven om te wandelen in het licht van de Heere?
– Hoe vaak bid jij voor volken die in oorlog zijn, voor mensen die in oorlogsdreiging leven of op de vlucht zijn?
– Wat heb jij ervoor over om in vrede te blijven leven met jouw naasten, of om vrede te herstellen waar relaties tussen jou en anderen zijn verstoord?

GEBED:
Heere, Schepper van hemel en aarde, van alle mensen en volken op aarde, U die de Vredevorst bent, dank U dat er een dag komt dat er geen oorlogen meer zullen zijn.
– Bid voor de volken en landen die op dit moment in oorlog zijn.
– Bid om vrede tussen jouzelf en mensen om je heen, met name met hen met wie jij het moeilijk vindt om te gaan.

LIED: Weerklank lied 36 – Hoger dan men ooit bergen zag

Datum: Zaterdag 23 april

LEZEN: Jesaja 11:1-10

VRAGEN:
Op die dag zal de Wortel van Isaï er staan als de banier voor de volken. Naar Hem zullen de heidenvolken vragen.
– Wat betekent het dat de Heere een banier is, en is Hij ook de banier in jouw leven?
– Wij zijn ook uit het heidendom getrokken, hoe is het voor jou om te zien dat er in ons land steeds minder naar Hem gevraagd wordt.
– Ooit was er zoveel kennis van de Heere in Nederland; wat doe jij en wat doet jouw gemeente er aan om de Heere in Nederland (opnieuw) bekend te maken?

GEBED:
Heere, wat een geweldige belofte en wat een vooruitzicht dat ooit de aarde vol zal zijn van de kennis van U. Dank U wel dat wij daarvan weten en help ons dat voor ogen te houden, nu ons land het op één na meest seculiere land van Europa is geworden. Dank U wel dat U zult staan als de banier voor de volken. Wees onze banier als het moeilijker wordt om Christen te zijn in Nederland en leer ons wat dat betekent. Help mij en help ons als gemeente te zien hoe wij Uw Naam bekend kunnen maken aan mensen om ons heen die U niet kennen, zowel onze buurt- en landgenoten als de mensen uit de volken die naar ons land vluchten en onder ons wonen.

LIED: Weerklank Psalm 86: 3, 4, 5

Datum: Zondag 24 april

LEZEN: Jesaja 42:1-9

VRAGEN:
Wij dienen Zijn Woord te vertellen en ernaar te leven en het uit te leven. Wij zijn de leesbare boeken voor hen die de Bijbel niet lezen.
– Hoe krijgt in jouw leven het woord gestalte dat Hij Zijn volk heeft gesteld tot een licht voor de heidenvolken?
– Krijgt God alle eer van jou, of moet Hij Zijn eer met anderen delen (vs. 8)? Zijn er in jouw leven nog afgodsbeelden?
– Voor wie wil jij vandaag een licht zijn?

GEBED:
Vader in de Hemel, vergeef mij dat ik U de eer die U toekomt nog zo dikwijls niet geef. Help mij te zien wat of wie er in mijn leven eer krijgt naast of zelfs boven U. Open mij de ogen voor dat wat tussen U en mij in staat. Help mij om U met een onverdeeld hart te eren. Help mij ook om een licht te zijn voor degenen die in het donker leven. Help mij te zien voor wie ik vandaag een licht mag zijn.

LIED: Weerklank lied 25 – O volk, verdwaald, verloren

Datum: Maandag 25 april

LEZEN: Mattheüs 24:1-14

VRAGEN:
Het einde zal komen als dit Evangelie gepredikt zal zijn in heel de wereld tot een getuigenis van alle volken.
– Denk je dat de terugkomst van de Heere Jezus vertraagd kan worden omdat wij nog niet uitgegaan zijn naar alle volken om het Evangelie te verkondigen?
– Hoe sterk kijk jij uit naar de komst van de Heere Jezus en hoe beïnvloedt dat jouw dagelijks leven?

GEBED:
Almachtige God, U weet wanneer de dag zal zijn dat de Heere Jezus terugkomt. We danken U dat we weten dat Hij terugkomt. We bidden U ons de tekenen te leren onderscheiden. Leer ons uit te zien naar die dag, maar ook te leven vanuit het besef dat het spoedig kan zijn. Vergeef mij als ik niet vanuit die verwachting heb geleefd. Geef mij een bewogen hart ten opzichte van al die mensen die onbekeerd die dag tegemoet gaan.

LIED: Facing a Task unfinished

Datum: Dinsdag 26 april

LEZEN: Marcus 13:1-13

VRAGEN:
De dingen die we zien gebeuren in de wereld staan beschreven in Marcus 13, maar het is nog niet het einde. Wat er beschreven staat is (nog maar) het begin van de weeën. Het Evangelie moet eerst gepredikt worden aan alle volken.
– Hoe zou het komen dat dit na tweeduizend jaar nog niet is gebeurd, terwijl de Heere Jezus heeft gezegd dat het moet gebeuren.
– Is er in jou ook verhindering om Zijn Naam bekend te maken aan ‘de volken’, mensen uit jouw omgeving, vluchtelingen? En zo ja, wat dan?

GEBED:
Heere, dank U wel dat U alle volken op het oog hebt en dat U daarom wil dat het Evangelie aan alle volken gepredikt zal worden. Geef mij ook iets van die liefde voor de volken in het hart. Help mij bidder te worden voor het zendingswerk, en voor de komst van Uw Koninkrijk. Help mij om het Evangelie te prediken aan mensen om mij heen. Help ons als gemeente om uit te reiken naar mensen uit allerlei volken die naar ons land zijn gekomen. Heere, als er dingen in mij zijn die mij verhinderen om van U te getuigen, wilt U die dan wegnemen? Doorgrond mij en neem weg wat tussen mij en U in staat, en neem weg wat tussen mij en mijn medemens in staat.
Help mij te volharden tot het einde.

LIED: Weerklank 212 – Eens, als de bazuinen klinken

Datum: Woensdag 27 april (Koningsdag)

LEZEN: Romeinen 15:20, 21

VRAGEN:
Paulus stelt er een eer in om daar het Evangelie te verkondigen waar Christus nog niet genoemd was.
– Hoeveel visie is er in jouw gemeente voor de landen en volken waar Christus nog niet genoemd is, waar Zijn Naam nog niet bekend is?
– Is er binnen jouw gemeente of zendingscommissie ook visie voor die volken?
– Wat doet het jou te weten dat heel weinig van het geld dat aan zending gegeven wordt gebruikt wordt om de onbereikte volken te bereiken, en veel meer om kerken toe te rusten in landen waar het Evangelie al verkondigd is? Wat wil je met die kennis?
– Hebben jullie in de gemeente wel eens gericht en specifiek gebeden om zendelingen te mogen sturen naar landen en volken waar de Naam van Christus nog niet genoemd wordt? Zo niet, zou je dat willen?

GEBED:
Heere, U roept en zendt. We danken U voor alle zendelingen die gezonden zijn. We danken U voor al die werkers die kerken en gemeenten toerusten voor hun taak in hun land. We danken U voor al die lokale gemeenten die de taak van de Evangelieverkondiging willen overnemen en daartoe toegerust willen worden. We bidden om ook zendelingen te sturen naar landen en volken waar Uw Naam nog niet genoemd wordt. We bidden U om visie in onze gemeente voor deze onbereikte volken en geef ons wijsheid te weten of wij hierin een taak hebben.
Wij danken U dat U de Koning der Koningen bent en deze hele wereld regeert!

LIED: Opwekking 486 – Ga dan in Zijn naam

Datum: Donderdag 28 april

LEZEN: Psalm 87

VRAGEN:
De volken worden verenigd in Sion, uit alle volken en talen zullen zij naderen naar de heilige bergen.
– Verlang jij om erbij te zijn als de zangers uit alle talen en volken zullen dansen en zingen in reien?
– Ben je bereid om in dit leven al over je eigen cultuurgrenzen heen te stappen om samen met mensen uit andere culturen te zingen tot eer van Hem, de Koning van de volken?
– Wat heb je ervoor over om al iets te proeven van wat er dan gaat gebeuren als God de poorten van het nieuw Jeruzalem openzet en de volken zullen toestromen om Hem te eren?

GEBED:
Heere, leer ons om hier en nu al heerlijke dingen te spreken over de stad van U, Sion, het Hemelse Jeruzalem dat eenmaal komen zal. Help ons om nu al uit te reiken naar mensen uit andere volken en culturen, ook als hun zingen en dansen anders is dan wij gewend zijn. Help ons om ter wille van Uw eer en heerlijkheid naar hen uit te reiken. Help ons om vol verlangen uit te zien naar die dag en ons er nu al over te verblijden.

LIED: Psalm 87

Datum: Vrijdag 29 april

LEZEN: Openbaring 5:6-13

VRAGEN:
Elk schepsel dat in de hemel, op aarde en onder de aarde en op zee is, zal eenmaal het Lam dat geslacht is de eer geven.
– Denk je dat jij daarbij zal zijn? Op basis waarvan is er misschien twijfel? Op basis waarvan kun je getuigen dat jij daarbij zult zijn? Heb je dat al eens gedeeld met degenen die jou dierbaar zijn, weten zij hiervan?
– Over welke mensen uit jouw omgeving zou jij je zorgen maken als je wist dat Jezus morgen terugkomt, omdat zij Hem nog niet (er)kennen? Wat zou je daar vandaag mee willen doen?

GEBED:
Heere Jezus, U bent het Lam dat geslacht is, U bent het waard om de kracht te ontvangen, en rijkdom, wijsheid, sterkte, eer, heerlijkheid en dankzegging! Wij danken U voor Uw offer, wij danken U dat U door de dood ging om zondaren te redden. Aan U Die op de troon zit, en aan Het Lam zij de dank, de eer, de heerlijkheid en de kracht tot in alle eeuwigheid. Wij danken U dat U de dood overwonnen hebt!
We bidden voor al die mensen die niet weten van zonde, vergeving en verzoening; denk aan hen en laat er mensen op hun weg komen die hen vertellen over wie U bent, over Goede Vrijdag en Pasen, over kruis en Opstanding! Maak Uzelf bekend aan hen die over U gehoord hebben, maar niet willen buigen voor U, die niet van vergeving willen weten. Maak Uzelf bekend aan volken en mensen die wonen in gebieden waar het Evangelie niet toegankelijk is. Onbereikbaar voor mensen, maar niet onbereikbaar voor U.

LIED: Weerklank lied 189 – Kroont Hem met gouden kroon

Datum: Zaterdag 30 april

LEZEN: Openbaring 7:9-17

VRAGEN:
– Wat doet het met jou dat er eens een grote menigte zal staan om Zijn troon, uit alle naties, stammen, volken en talen?
– Wat doe jij hier en nu met de wetenschap dat Gods volk bestaat uit die menigte uit alle volken?
– Wat doe jij er nu aan om de grenzen tussen christenen uit verschillende kerken, culturen, talen te overbruggen?
– Met wie van degenen die niet hoort bij jouw gemeente zou jij je geloof wel willen delen?

GEBED:
Vader, wat bent U oneindig groot dat U Uw volk hebt door alle kerken, culturen, volken en talen heen. Help ons de reikwijdte daarvan steeds meer te zien. Help ons kloven, grenzen en verschillen te overbruggen door uit te reiken naar hen die bij U horen, maar niet zijn van onze gemeente, kerk, taal of cultuur.
Help ons dat loflied hier op aarde al te zingen tot Uw eer!

LIED: Weerklank lied 98 – De lof en de heerlijkheid

Reageren? Stuur een mail naar reacties@vrouwtotvrouw.nl