Niet wegkijken: onrecht in de modewereld

Lees ook: Leven zonder afval: kleine stappen, grote impact

Tekst: Imke Westerbeke 

Ongetwijfeld heb je in de afgelopen tijd wel iets gelezen over de kledingindustrie. Deze industrie is de laatste tijd (gelukkig) steeds meer in het nieuws, want er gaat van alles mis, en daar moeten we samen wat aan doen. 

Om even bij het begin te beginnen: het grote probleem waar we mee te maken hebben, is fast fashion. Dit is de kleding die je in de reguliere winkelstraten kunt halen en die niet op een eerlijke en duurzame manier is gemaakt. Het draait bij de betreffende merken vooral om winst maken, en dat gaat ten koste van de mensen die betrokken zijn in het productieproces. Voorbeelden hiervan zijn merken als Zara, H&M, Primark en nog veel meer. Ook zijn er tegenwoordig ultra-fast-fashion-bedrijven, denk dan bijvoorbeeld aan SHEIN. SHEIN is vooral onder tieners en jongeren erg populair. Je kunt hier kleding kopen voor slechts enkele euro’s en dit merk groeit gigantisch hard. Er komen per dag 6000 nieuwe kledingstukken bij. Dat is (in mijn ogen) echt onvoorstelbaar. 

De vraag die dan rijst, is: ‘Waarom is dit zo’n groot probleem? Zulke goedkope kleding is toch handig? Waarom meer uitgeven als het ook voor minder kan?’ Als een T-shirt voor een paar euro wordt verkocht, betekent het niet dat dit ook daadwerkelijk maar twee euro kost. Zoals vaak wordt gezegd: als jij er niet voor betaalt, dan doet iemand anders op de wereld het wel. En meestal is het dan degene die jouw nieuwe jurk genaaid heeft, of de stof van jouw jas heeft geverfd. Veel kledingmakers werken slechts voor een paar euro per dag. Vaak krijgen ze bijvoorbeeld een paar cent per kledingstuk. Dit zorgt natuurlijk voor enorme druk om zoveel mogelijk te werken, om maar enigszins rond te kunnen komen, al lukt dat voor zo’n bedrag natuurlijk nooit. De meeste mensen werken ook zeven dagen per week, en hebben soms maar een dag per maand vrij. 

Daarnaast is het vaak niet veilig, omdat ze onbeschermd met gevaarlijke stoffen werken, of omdat het gebouw waar ze werken niet wordt gecontroleerd. Op deze manier is er tien jaar geleden in Bangladesh een kledingfabriek ingestort, waarbij meer dan 1000 mensen om het leven kwamen. 

En dit dus allemaal omdat wij als westerse consument zo nodig elk seizoen weer tien T-shirts voor een paar euro willen hebben. In mijn ogen kan dit toch echt wel wat minder. Als Jezus in Mattheüs 22:39 zegt: ‘(...) U zult uw naaste liefhebben als uzelf’, dan heeft Hij het niet alleen over onze vriendinnen of de buurman op de hoek. Ik zie ook de vrouw uit Bangladesh die mijn jurkje in elkaar zet, als mijn naaste, en ik wil liever niet dat er iemand moet lijden voor mijn geluk. Ik geloof dat we als christenen hierin ook echt een verschil kunnen maken, dat we een ander geluid kunnen laten horen, door aan de opdracht van Jezus te voldoen.  

En dan is natuurlijk de grote vraag: wat kan ik concreet doen? Hieronder heb ik een aantal tips op een rijtje gezet. 

Allereerst: zorg goed voor de kleding die je al hebt. Het meest duurzame is namelijk de kleding die al in je kast hangt! Dus, breng je jassen en blazers af en toe naar de stomerij, was niet te heet, poets je schoenen regelmatig en repareer je kleding als die, op een kleine beschadiging na, nog goed is. Zo gaat je kleding veel langer mee en kun je er langer van genieten!

– Er is ook echt al meer dan genoeg kleding op deze wereld, dus maak daar gebruik van door tweedehands te shoppen. Om het concreet te maken: er is momenteel zoveel kleding in omloop dat we er zes (!) generaties mee zouden kunnen aankleden. Dat is echt enorm veel. Het is dus echt niet nodig om alles nieuw te kopen. Er zijn tegenwoordig ook veel winkels waar heel nauwkeurig geselecteerd wordt en waar de mooiste kledingstukken hangen. Daarnaast is er op Vinted ook veel te vinden. 

– Een andere tip in het kader van tweedehands kleding; organiseer een kledingruil met de vrouwen uit de gemeente, voor jezelf of voor de kinderen. Iedereen heeft kleding in de kast hangen die niet meer gedragen wordt, omdat je het niet meer past of niet mooi meer vindt, het niet meer bij je leeftijd past, of wat dan ook. Maar je kunt er vast nog iemand blij mee maken. Trommel alle vrouwen uit de gemeente op, hang alle kleding uit op kledingrekken, en maak er een gezellige avond van! 

– Meld je af voor alle nieuwsbrieven van fast–fashion–merken. Als je ooit ergens wat hebt besteld, word je continu bestookt met de (zogenaamde) allerbeste aanbiedingen die je niet kunt missen. Door je hiervoor af te melden, word je minder snel verleid om iets onnodigs aan te schaffen (en houd je ook nog eens je mailbox een stuk opgeruimder, win-win). 

– Als je dan echt iets nieuws nodig hebt, koop het dan duurzaam. Er zijn tegenwoordig prachtige duurzame merken, die veel liefde in hun kledingcollecties stoppen. En geloof me, dat zie je echt terug in de kwaliteit. Het is te veel om hier nu alle duurzame merken op te sommen, maar als je even googelt, is er genoeg te vinden!  

– Houd een lijstje bij met mooie kleding die je gezien hebt en misschien graag wilt hebben. De meeste duurzame merken zijn misschien iets duurder dan je gewend bent, maar dat is heel goed te verklaren, omdat dan iedereen in het productieproces een leefbaar loon krijgt. Tegelijkertijd is het begrijpelijk dat je niet over één nacht ijs gaat als het om een dure uitgave gaat. Schrijf het in je notities als je iets moois gezien hebt en kijk er in de weken daarna nog eens goed naar. Blijft het in je hoofd zitten? Word je er nog steeds heel blij van? En kun je het met genoeg dingen combineren? Dan kun je het aanschaffen.