• Gepubliceerd door
  • Vrouw tot Vrouw
  • Gepubliceerd op
  • 18 januari 2025

‘Altijd zorgen’

Tekst: Hanna Jongejan, redactielid online toerusting 

Als Anette Put naar de supermarkt gaat, pakt ze de auto. En haar telefoon staat altijd aan. ‘Mocht er iets aan de hand zijn met mijn man, dan kan ik snel weer thuis zijn.’  

Eigenlijk is Anette altijd in de buurt van haar man Ton. En als zij er niet is, dan regelt het stel uit Ridderkerk iemand anders die bij hem kan zijn. ‘Het kan bijvoorbeeld dat de slang voor de beademing van mijn man losschiet, waardoor hij geen lucht meer krijgt. Of dat hij benauwd wordt door een slijmprop die in de weg zit.’  

Toen Ton en Anette verkering kregen, hadden ze niet kunnen denken dat hun leven getekend zou worden door ziekte. Anette vertelt: ‘Toen mijn man 23 was, begon hij aan een opleiding tot verpleegkundige. Toen kreeg hij polio. Na drie dagen was zijn ene arm verlamd, daarna de andere ook. Vanaf zijn borst tot boven toe is hij verlamd. Hij moest ook aan de beademing en lag maanden op de intensive care.’ Daarna begon de periode van revalideren. Ook besloot Ton zich om te scholen.’ Het stel kende elkaar heel goed; dat ze verder wilden met elkaar, is nooit een vraag geweest.  

Inleveren

Inmiddels zijn Ton en Anette 28 jaar getrouwd en hebben ze drie kinderen. Vroeger werkte Anette als apothekersassistente, maar bij de komst van hun tweede kind besloot ze thuis te zijn. Ze omschrijft mantelzorg als ‘24/7 aanstaan’. De verlamming was er vanaf de verkeringstijd, maar de beademing overdag kwam er later bij. ‘Toen ik drie dagen in de week werkte na ons trouwen, kwam mijn man alleen thuis. Hij liet de hulphond uit en ik hoefde er niet altijd te zijn.’ Door de verlamde borstspieren kostte het ademhalen op een gegeven moment veel moeite. ‘Het vroeg veel energie van zijn lichaam. Op een gegeven moment ging hij steeds eerder naar bed. Ademhalen was topsport. De longarts raadde aan om ook overdag aan de beademing te gaan. Dat voelde als inleveren. Het kostte tijd om dat te verwerken en daarmee in te stemmen.’ 

whatsapp logo pngWhatsApp
Volg Vrouw tot Vrouw nu ook via WhatsApp! Klik daarvoor op deze link.

Kracht

‘We wilden dat de kinderen een normale jeugd hadden, dat ze niet overvraagd werden. Tegelijkertijd waren er soms ook teleurstellingen, als er bijvoorbeeld een dagje uit gepland was en Ton ziek werd.’ Toch kregen de kinderen ook een rol in de mantelzorg. Vanaf het tiende jaar legde Anette bijvoorbeeld uit hoe de beademing werkt. En klusjes in huis werden met elkaar gedaan. ‘Als ik terugkijk, snap ik niet hoe ik het gedaan heb toen we een jong gezin hadden. Soms kwam alles tegelijk: dan huilden er kinderen en moest er eten gekookt worden.’ Hulp vragen ligt Anette niet zo. Ze vervolgt: ‘Soms was ik wel oververmoeid en moest ik even bijslapen. Als ik terugkijk, is het God Die geholpen heeft de jaren door. Hoewel ik toen nog niet tot persoonlijk geloof was gekomen, zocht ik mijn hulp bij Hem. Als het niet leek te lukken, gaf Hij toch weer kracht. Hij was er, door alles heen. Dat vind ik zo bijzonder: dat Hij precies weet wat je nodig hebt.’  

Mantelzorg doet volgens Anette niets af aan de gelijkwaardigheid van haar relatie met Ton. ‘Mijn taken op het gebied van mantelzorg gaan automatisch. Toen de kinderen jong waren, deelde ik de hapjes uit aan tafel. En mijn man kreeg ook een hap van mij, dat is nog steeds zo. Dat is mijn tweede natuur.’ Het stel is heel open naar elkaar. ‘We hebben altijd alles met elkaar besproken. Ook hebben we vrienden in een soortgelijke situatie waarmee we contact hebben.’  

'Of ik het volhoud, wordt nauwelijks gevraagd. Dat stukje meeleven missen we.'

Schroom

Vorig jaar trouwde een van de kinderen van Anette en Ton. ‘Bijzondere dagen hebben altijd een dubbele lading. Ik kijk ernaar uit, maar vind het ook spannend. Zal alles goed gaan?’ Toch is er tegelijkertijd veel mogelijk volgens Anette. Normaal eet het gezin in de slaapkamer, met de tafeltjes aan het bed. Voor de bruiloft moest er ook een bed geregeld worden voor in de zaal van de receptie. Toen de mensen kwamen feliciteren, zat Ton in het bed naast Anette. Naar verjaardagen gaat Anette meestal alleen, tenzij het overdag is.  

‘We hebben respect voor jullie, hoor!’ Dat is een opmerking die Anette regelmatig hoort. ‘Wat mantelzorger zijn inhoudt, beseffen mensen niet goed. Het wordt gewoon voor mensen. Als er gevraagd wordt hoe het gaat, zeg ik dat het goed gaat. Soms denk ik dat mensen een bepaalde schroom voelen. Of ik het volhoud, wordt nauwelijks gevraagd. Dat stukje meeleven missen we. Gelukkig krijgen we dat wel vanuit de kerk; met de dominee en wijkouderling hebben we goed contact.’ 

fam.Put-11

Zelfzorg

Er zijn genoeg mensen om het echtpaar heen die helpen. ‘Je moet het altijd vragen, dat vind ik soms lastig. Omdat er altijd iemand bij Ton moet zijn, voelt het voor mij soms alsof ik geen kant op kan. Mijn man stimuleert me dan om wat af te spreken, maar dan voelt het voor mij ook zo verplicht om dan te gaan. Mijn man werkt één keer in de twee weken een ochtend buitenshuis. In het begin ging ik dan gelijk de hort op, maar nu kan ik er juist ook zo van genieten om dan alleen thuis te zijn.’ Aan andere mantelzorgers wil Anette meegeven dat zelfzorg heel belangrijk is. ‘Ook als je iets moet organiseren om weg te gaan en je daar misschien schroom voor voelt. Door zelf even weg te gaan en je eigen ding te doen zonder je zorgen te maken, laad je op en kan je weer voor de ander zorgen.’  

Anette kent momenten van weerstand, wanneer alles haar even aanvliegt. Bijvoorbeeld wanneer ze door haar reuma last van haar pols krijgt. ‘Die heb ik juist zo nodig, zowel voor mezelf als voor Ton. Als ik opstandig ben, leg ik het bij de HEERE neer. Hij is de God Die kracht geeft, ook als ik het even niet meer zie. Toen we trouwden, werd Psalm 121 vers 1 gezongen. Dat is inmiddels mijn lijflied geworden. Ik mag het verwachten van Hem.’ 

IMG-20240807-WA0051