• Gepubliceerd door
  • Vrouw tot Vrouw
  • Gepubliceerd op
  • 16 april 2024
  • Tags

Inleidende Bijbelstudie – God heeft omgezien door brood te geven

Tekst: ds. E. van den Noort

Ruth… het leest als een soort idylle, een kleine familieroman, waarin je meevoelt met gevoelens van verdriet en onzekerheid, ook van hoop en verwachting. Je wordt als vanzelf meegenomen in alledaagse thema’s, juist dat maakt het zo toegankelijk. Tegelijkertijd komen er grote theologische thema’s aan de orde en wordt er heilsgeschiedenis verteld: de Messias komt, hèt Brood uit de hemel.

LEZEN

Ruth 1:6 en 4:13
Lukas 1: 46-48a
Johannes 6: 30-51

ZINGEN

– Psalm 89: 1 en 2; Psalm 19: 6 en 7; Psalm 105: 22 en 24
– WK 47: 1 en 3; WK 136: 1 en 4

Snel naar...

Historische achtergrond en inhoud

Het boek Ruth speelt zich af in de tijd van de richters, de tijd tussen Jozua en Samuël. Dat was een heel donkere tijd in Israël. Wie kent het refrein niet: ‘En zij deden wat kwaad was in de ogen van de HEERE.’ Maar dan is daar Ruth, een vrouw van geloof. Het boek beschrijft dat Elimelech, Naomi en hun zonen Bethlehem verlaten, omdat daar honger is. Ze zoeken hun heil in Moab. Daar sterft eerst Naomi’s man Elimelech. Haar zonen, Machlon en Chiljon, trouwen daar met de Moabitische vrouwen Ruth en Orpa. Tien jaar later sterven ook de twee zonen, zonder nageslacht. Naomi is heel haar familie kwijt. Ze hoort dat de hongersnood in Israël voorbij is en besluit terug te keren naar Bethlehem. Ruth gaat met haar mee. Ze komt op de akker van een zekere Boaz terecht, een bloedverwant van Naomi’s man Elimelech. Naomi weet dat hij een geschikte losser is en bedenkt een gewaagd plan: Ruth gaat midden in de nacht naar de dorsvloer om aan Boaz te vragen of hij haar wil trouwen. Nadat een nauwer verwante losser ervan afziet om Ruth te lossen, neemt Boaz haar tot vrouw en lost daarmee ook al de bezittingen van haar gestorven man. Zij krijgen een zoon, Obed, die de grootvader van koning David wordt; uit hun geslacht zal ook de Messias worden geboren (Matt.1). Het gaat In Ruth over gewone mensen in hun dagelijkse leven met alle zorgen die daarbij horen, een familiegeschiedenis die zomaar de onze kan zijn: in eigenmachtig handelen, in rouw en verdriet, in het maken van keuzes e.d. Intussen gaat het over God die ons leven in Zijn handen neemt en Zijn geschiedenis schrijft. Juist dat alledaagse maakt de boodschap van Ruth zo herkenbaar, persoonlijk en actueel.

Literaire kenmerken

Het boek is een meesterwerk in vertelkunst. De vertelling volgt een U-bocht: eerst is er het afglijden naar een drama, vervolgens klimt het op naar een gelukkig einde; alles door het geleidelijk overwinnen van obstakels. Het boek heeft een bijzondere symmetrie: de proloog (1:1-5, onheil) bevat 71 woorden in het Hebreeuws; ook de epiloog (4:13-17, heil) telt 71 woorden. Het geeft de grote lijn van het boek aan: rouw wordt veranderd in vreugde, leegte in volheid. Verder valt op dat ieder hoofdstuk begint met een initiatief: in 1:1 besluit Elimelech Bethlehem te verlaten en besluit Naomi (1:6) terug te keren, in 2:2 besluit Ruth in het onderhoud van haarzelf en Naomi te voorzien, in 3:1 besluit Naomi Ruth naar de dorsvloer te sturen voor een huwelijksaanzoek en in 4:1 besluit Boaz naar de poort van de stad te gaan om Ruth te lossen. Het eerste initiatief leidt tot verlies en ellende, het laatste tot verlossing en vreugde (beiden initiatieven van mannen). Daartussen staan twee initiatieven van Naomi, met in het midden die van Ruth; haar handelen in geloof vormt het hart van het boek.

Hoofdpersoon een vrouw

Het boek heeft de naam gekregen van de Moabitische vrouw Ruth, die de vrouw van Machlon was en de vrouw van Boaz werd, zij die de keus maakte haar vaderland met de goden achter te laten en met Naomi mee te gaan naar Bethlehem. Opvallend genoeg is Ruth in het boek nauwelijks aan het woord; we lezen vooral wat Naomi en Boaz zeggen. Dat wat Ruth gezegd heeft (1:16), vormt wel de kern van de geschiedenis. Daarom heet het boek niet ‘Naomi’ (ook wel door uitleggers geopperd), maar ‘Ruth’: de HEERE paste deze Moabitische vrouw – die levenslange toewijding aan Naomi verklaart, vooral aan de God van Naomi – in in Zijn plan. Toewijding, volharding en trouw staan centraal in haar optreden. Er worden maar weinig verhalen in de Bijbel verteld vanuit het perspectief van een vrouw. De twee boeken waarin dat gebeurt zijn Ruth en Esther. In Ruth is niet alleen de hoofdpersoon een vrouw, ook de beschreven belevingswereld is die van een vrouw. Verder valt het op dat de auteur veel aandacht besteedt aan vrouwelijke waarden en emoties: bitterheid, spanning op de dorsvloer, blijde stemming bij de geboorte. De vrouw had in Israël een hogere plaats dan in omliggende landen; haar basispositie lag binnen de familiestructuur. Van wezenlijk belang is het krijgen van kinderen. Ruth wordt ons vooral getekend als een vrouw die, door alle moeiten heen, koos voor en vasthield aan de HEERE. Het boek Ruth leest als een lofzang op rechtschapen vrouwelijkheid.

Plaats in de Bijbel, feestrol

In onze Bijbel (christelijke indeling) is het boek Ruth opgenomen onder de historische boeken, in de joodse Bijbel (Tenach) heeft het een plek gekregen onder de geschriften. Binnen de ‘chetubim’, zoals we de geschriften noemen, hoort Ruth bij de ‘megillot’ (feestrollen). Die worden gelezen bij de grote feesten van Israël; het boek Ruth tijdens het Wekenfeest; dat houdt verband met het feit dat het zich afspeelt tijdens de gerst- en tarweoogst (1:22), die met de viering van dit feest beëindigd werden. Bij de gersteoogst werden de eerstelingen van de oogst (broden) in de tempel gebracht; die eerstelingen beloofden een veel grotere oogst: de tarweoogst. Zo mag ook Ruth gezien worden als een soort van eerstelingengave; in haar belooft de HEERE een veel grotere oogst, een volk en gemeente uit jood en heiden dat de Messias zal erkennen als HEERE en Zaligmaker: ‘Uw God is mijn God!’

Kernthema’s in het boek Ruth

GOEDERTIERENHEID (in Hebr. ‘chesed’): Ruth bewijst goedertierenheid aan Naomi, wat blijkt uit het feit dat zij haar land en familie verlaat om voor haar schoonmoeder te zorgen. Boaz bewijst het aan Ruth: de manier waarop hij haar verwelkomt op zijn akker en dat hij als losser voor haar opkomt en met haar trouwt. In deze menselijke vriendelijkheid zien we de goedertierenheid van de HEERE, die Hij aan Zijn volk betoont (zie bijv. Ex.15:13, Deut.7:8-9 en Ps.103:4).
LOSSERSCHAP (in Hebr. ‘ga’al’ of ‘go’el’): Deze woorden komen 22 keer voor. In het boek worden twee gerechtelijke processen beschreven die in één handeling worden gecombineerd: loskopen door een nauwe verwant en het leviraatshuwelijk. Loskoping zorgde ervoor dat het land niet permanent buiten het bezit van de familie bleef (Lev.25:23-25). Bij een leveriaatshuwelijk trouwt een kinderloze weduwe met de broer van haar man om daarmee te voorzien in een erfgenaam voor de overleden echtgenoot (Deut.25:5-6). Op sommige delen wijkt Ruth af van deze wetten; zo waren er her en der ook eigen gebruiken: er is iemand nauwer verwant dan Boaz, toch koopt Boaz alles vrij, trouwt hij met Ruth terwijl hij niet de broer van Machlon was (het leviraatshuwelijk is hier dus breder opgevat). Door de lossing veranderen de omstandigheden van Ruth en Naomi drastisch (4:13-17). Het losserschap is meer dan een familie-instelling en moet worden gezien tegen de achtergrond van de exodus, toen God Israël verloste uit Egypte (Ex.6:6-8). Het losserschap heeft zo een breder perspectief: God is voor Israël de grote Losser; het woord go’el wordt in Jes.40-55 uitsluitend op God toegepast. Zo wijst de losser Boaz ons naar de Verlosser: onze Heere Jezus Christus; in en door Hem vindt er een volkomen transformatie plaats, worden we totaal nieuwe mensen.
GELOOFSBESLISSING: De beslissing om de echte God te dienen (1:16) loopt als een rode draad door dit boek, met alle zegenrijke gevolgen hiervan.
ETHIEK: Ruths geschiedenis leert ons dat mensen die de Heere vrezen, uitgaan van ethische normen die in de wetten van Mozes genoemd zijn, o.a. het voorzien in de nood van de armen. De auteur laat blijken dat de situatie op de dorsvloer voor Boaz en Ruth seksuele verleiding inhield, maar geeft ook aan dat zij zich waardig gedroegen. Ook uit Boaz’ optreden t.o.v. de anonieme losser alsook de wijze waarop hij zijn verplichtingen nakomt en zijn verantwoordelijkheid neemt, ondanks de financiële last die dat inhield, blijkt zijn morele karakter.

God heeft omgezien

Als je de eerste verzen van Ruth leest, vraag je je af: Zal God ingrijpen? En ja, Hij doet het, in 1:6 lezen we dat God naar Zijn volk heeft omgezien, er is weer brood in Bethlehem. Met dat ‘omzien van God’ wordt alles omgekeerd: Naomi besluit terug te gaan naar Bethlehem, Ruth gaat mee, en ze worden gezegend. Met 4:13 is alles gezegd: Ruth trouwt met Boaz en ze krijgen een zoon, en in die zoon zien we de grote Zoon waarin God heeft omgezien naar mensen. Dat geeft een en al verwondering, zo blijkt uit de laatste verzen van Ruth. Diezelfde verwondering komen we ook tegen bij Maria, ook een vrouw die God inpaste in Zijn plan. Als zij van de engel de boodschap heeft gekregen dat zij in verwachting is van de Zoon van de Allerhoogste, Die de troon van David zal beklimmen (Luk.1:32; vgl. Ruth 4), reist ze naar haar nicht Elisabeth in Judea, ook in de buurt van Bethlehem. De bijzondere ontmoeting die ze daar heeft, geeft haar de verzekering dat ze een heel bijzondere vrucht bij haar draagt. Dan gaat ze zingen; ze maakt de HEERE, haar Zaligmaker, groot, omdat ‘Hij heeft omgezien’ naar haar nederige staat (Luk.1:48). De lijnen zijn prachtig: God zag om naar Zijn volk door brood te geven; Bethlehem, waar zowel Ruth als Maria naartoe gaat (in elk geval later met Jozef op het bevel van keizer Augustus), betekent ‘broodhuis’ en in dat broodhuis daalt het Brood uit de hemel neer. Er is echter ook ongeloof. Als Jezus later wonderen doet en met goddelijke macht spreekt en handelt, vragen ze zich af in welke kracht Hij dat doet, wie Hij toch wel niet is. Ze maken zelf de vergelijking met hun vaderen die in de woestijn brood uit de hemel kregen. Dat kwam bij God vandaan, maar waar komt U dan vandaan? Dan zegt Jezus het onomwonden: “Ik ben het Brood des levens; wie tot Mij komt zal beslist geen honger hebben, en wie in Mij gelooft, zal nooit meer dorst hebben” (Joh.6:35). In Christus heeft God omgezien naar een verloren en ongelovige wereld, in Christus zijn we tot in het eeuwige leven verzekerd (geen honger meer). Het boek Ruth laat ons zien dat het belangrijk is om te leven ‘met het einde in zicht’. Want God is erbij, Hij ziet naar ons om, ook als wij Hem nauwelijks op de bladzijden van ons leven bespeuren. Hij is er bij het zware oogstwerk, Hij doet Zijn werk tijdens nachtelijke ontmoetingen, Zijn adem blaast over zakelijke transacties in de poort van de stad. Hoewel God in Ruth maar een paar keer genoemd wordt, is Hij voortdurend aan het werk en aanwezig. Aan het begin vraag je je af: Is God wel Koning (naam Elimelech)? De laatste naam van het boek, David, geeft antwoord: ja, mijn God is Koning. Messiaans perspectief: Hij heeft omgezien naar Zijn volk en Hij blijft naar ze omzien.

GESPREKSVRAGEN

  1. Het boek Ruth gaat over het gewone alledaagse leven; mensen doen daarin wat ze goed lijkt, intussen schrijft God onze (bovenal Zijn) geschiedenis. Hoe neem jij je verantwoordelijkheid in de dagelijkse dingen? Heeft God ook met de dagelijkse dingen te maken?
  2. Het is redelijk uitzonderlijk dat de hoofdpersoon een vrouw is.
    a. Waar in de Bijbel wordt nog meer de aandacht op de vrouw gericht en wat leer je daar van die vrouw?
    b. In wie vind je de meeste herkenning: in Ruth of in Naomi? Vertel elkaar waarom.
  3. Er worden vier kernthema’s genoemd. Neem er één uit, bespreek die en pas die concreet toe op je eigen leven. Hoe heeft die kernwaarde betekenis in jouw leven gekregen?
  4. Een belangrijk keerpunt in het boek Ruth is het omzien van God naar Zijn volk. Daarmee wordt alles omgekeerd. In hoeverre weet je dat God heeft omgezien naar jou of worstel je daarmee? Wat leer je dan van Naomi, Ruth of van Maria?

STUDIEVRAAG

Het ongelovige volk vraagt aan Jezus waar Hij Zijn bevoegdheid vandaan haalt en herinneren Hem aan de vaders in de woestijn. Juist die woorden past Jezus toe op Zichzelf. Bespreek met elkaar wat het verband is tussen Ex.16 (manna in de woestijn) en Joh.6 (Brood des levens) en ook hoe dat zich verhoudt tot het boek Ruth. Ben je ook zo verwonderd over het (heils)feit dat juist in Bethlehem hèt Brood uit de hemel neerdaalde? Deel die verwondering en vertel elkaar hoe je van dàt Brood eet.

BIDDEN EN DANKEN

Bid of je in het alledaagse leven met God mag wandelen, dat niet jij maar Hij de geschiedenis van je leven schrijft. Bid je daarin de juiste geloofskeuzes mag maken, om daarin een vrouw naar Gods hart te zijn. Dank de HEERE dat Hij naar ons omziet.