Tekst: Corine de Jong, redactielid online toerusting 

Ze was nog maar 24 jaar toen ze voor de tweede keer weduwe werd en alleen kwam te staan in de zorg voor vier kinderen. Haar beide mannen zaten in de drugshandel. Fatima is opgevoed bij de islam, nu volgt ze de Heere Jezus. ‘Ik mag nu een diepe relatie met God hebben’, vertelt ze. 

Gastarbeiders, zo zou je de ouders van Fatima kunnen noemen. Haar vader komt in de jaren zestig naar Nederland, zijn vrouw volgt in de jaren zeventig. Haar broer wordt geboren, en na een paar jaar volgt Fatima. De islam speelt in eerste instantie geen grote rol in het gezin. ‘M’n moeder droeg bijvoorbeeld geen hoofddoek en m’n vader vond dat geen enkel probleem. Later werd de opvoeding strenger. M’n broer en ik moesten drie keer per week naar de Koranschool. We leerden daar Arabisch lezen en schrijven, en moesten ook de Koran lezen. Ik begreep er niks van, maar daar dacht je eigenlijk niet over na. Het hoorde er gewoon bij. Net zoals dat ik altijd een hoofddoek op moest naar de Koranschool. Ik vond het maar niks, maar als ik zou tegenspreken, werd ik geslagen met een stok.’ 

Als Fatima op de basisschool zit, mag ze niet alleen naar buiten. ‘M’n ouders waren bang dat ik met jongens bezig zou zijn’, legt Fatima uit. ‘Dus gezellig bij vriendinnen spelen, zat er echt niet in. Ik moest een keer een spreekbeurt houden en had boeken nodig van de bibliotheek, maar daar mocht ik niet naar toe. Ik heb dat toen stiekem gedaan, want ik wilde wel een goed cijfer halen.’ 

Onaangename verrassing
Fatima is vijftien jaar als ze het huis uit gaat. Reden is dat het thuis steeds meer botst. Ze krijgt onderdak bij een goede kennis en gaat in een bar werken. ‘Daar kreeg ik een relatie. Ik raakte al snel zwanger en omdat ik niet wist hoe ik een baby moest verzorgen, ben ik naar een vrouwenopvang gegaan. Nadat m’n zoon was geboren, ben ik teruggegaan naar de vader van m’n kind.’ 

Daar wacht haar een onaangename verrassing. Haar vriend blijkt actief te zijn in de drugswereld. De jonge moeder kiest ervoor om net te doen alsof ze niets ziet en niets weet. Als ze achttien is, trouwt ze met hem. De periode daarna is geen gelukkige, vertelt Fatima. ‘Ik mocht nauwelijks naar buiten en kwam maar heel af en toe bij m’n ouders. Nadat we een paar jaar getrouwd waren, ontdekte ik dat hij een vriendin had en met haar wilde trouwen. De islam staat dat toe, maar ik vond het vreselijk. Toen ik was bevallen van ons tweede kind, kwam hij zelfs op bezoek met zijn vriendin.’ 

Niet lang daarna gaat het grondig mis. Haar man heeft een grote som contant geld – 150.000 euro – op zak om drugs te kopen. Hij wordt overvallen en neergeschoten. De jonge Fatima is weduwe. 

Gewelddadig
Fatima handelt allerlei zaken af en lijkt voor het oog rustig. Maar ze blijkt al haar emoties en gedachten te blokkeren. Ze gaat roken en blowen om alles te vergeten en jarenlang gaat dat goed. Ze krijgt opnieuw een relatie en raakt zwanger. ‘En juist in die periode kwam ik erachter dat m’n vriend ook in de drugswereld zat en drankverslaafd was. Ik durfde de relatie niet te verbreken, omdat hij erg gewelddadig kon zijn. Hij heeft me zelfs een keer uit een rijdende auto geduwd terwijl ik zwanger was.’ 

Als haar vriend in Marokko op bezoek is bij zijn zieke moeder, overlijdt hij bij een auto-ongeluk. Oorzaak: te veel drank op. Fatima kan geen afscheid van hem nemen, omdat hij in Marokko direct begraven wordt. Het is een onwezenlijke situatie voor haar. Het wordt nog moeilijker als ze na een paar maanden ontdekt dat ze zwanger is van haar vierde kind. ‘Ik schrok vreselijk. Ik belde een verloskundige met de vraag om een abortus, omdat ik het niet zag zitten om nu een kind te krijgen. Ze heeft veel met me gepraat en gezegd dat ze me bij alles zou helpen. Ik besloot toen het kind te houden.’ Fatima kijkt er met dankbaarheid op terug hoe de verloskundige, ook na de bevalling, haar met raad en daad heeft bijgestaan. 

Huurschulden
De jaren die volgen, zijn bijzonder moeilijk. Fatima heeft geen inkomen, omdat ze er geen flauw idee van heeft dat ze een uitkering kan aanvragen. De zorg voor haar vier kinderen drukt zwaar op haar. ‘Ik begon in drugs te handelen en heb allerlei dingen gedaan waar ik nu grote spijt van heb. Maar ik deed het om voor m’n gezin te zorgen’, blikt Fatima terug. Op een gegeven moment heeft ze grote huurschulden. Post die ze krijgt, durft ze niet meer te openen. Op een dag krijgt ze de melding dat ze uit haar huis zal worden gezet. ‘Gelukkig heb ik toen hulp gekregen en kon die uithuiszetting op het nippertje worden voorkomen.’   

Gebeden
Bij de hulpverleningsorganisatie waar Fatima komt, hoort ze voor het eerst over Jezus. ‘Er was juist een gebedsbijeenkomst en ze vroegen of ze voor mij mochten bidden. Ik vond het prima. Of het nu Allah was of Jezus of wie dan ook, het zou sowieso geen kwaad kunnen, dacht ik. Ik weet nog dat ik een bevrijding voelde toen er voor mij gebeden werd. Ik kreeg een kaartje met de tekst ‘Als je Jezus wilt ontvangen, geef je leven aan Jezus’. Onderweg naar huis heb ik dat gedaan. ‘Jezus, ik weet dat U God bent’, zei ik. Ik voelde in mijn hart dat het zo was, terwijl ik niet wist wie Jezus was. Ik wist ook niet dat ik in de Bijbel moest lezen.’  

Er gaan jaren voorbij voordat Fatima weer over Jezus hoort. Ze heeft wel christenen in haar omgeving, maar die spreken niet over Hem. ‘Ik had ook aan niemand verteld dat ik m’n leven aan Jezus had gegeven.’ Wel gebeuren er dingen die ze niet kan verklaren. ‘Ik had bijvoorbeeld heel veel schulden en wel meer dan twintig boetes openstaan van mijn overleden man. Voor elke boete moest ik naar de rechter. En elke keer was de kans aanwezig dat ik in de gevangenis zou komen. Dus elke keer moest ik afscheid nemen van m’n kinderen. Dat was heftig. Maar, elke keer schold de rechter de bekeuring kwijt. Tot hij op het laatst zei: ‘Maak je geen zorgen, ik scheld alle bekeuringen kwijt.’ Wat bleek? Bij de hulpverleningsorganisatie werd er voor mij gebeden, elke keer als ik naar de rechtbank ging.’ 

Overal
Als ze op een onverwachts moment toch in gesprek met een christen komt en Bijbelstudies gaat volgen, gaat Fatima pas écht begrijpen wat het christelijk geloof inhoudt en wat het betekent om Jezus te volgen. ‘In de islam moet je vooral veel goeddoen. Hoe meer je dat doet, hoe meer Allah iets kan doen in je leven. In het christelijk geloof heeft Jezus alles volbracht en is het genade. Ik mag nu een diepe relatie met God hebben. Ik hoef het niet alleen te doen. Ik kan overal met God praten en Hem aanbidden. Daarvoor heb ik geen kleedje of wat dan ook nodig. Hij is overal, Hij is boven en onder mij, en naast mij. Ik vind daar heel veel troost in. Ik hoef niet meer alleen te wandelen.’ 

Fatima is een van de sprekers op de Vrouwendagen. Meer info.

Dit is deel 1 van een tweeluik. Het tweede deel kan je hier lezen.